Klederdracht

De belangstelling voor de vroegere klederdracht, de kleren die moeder en grootmoeder, vader en grootvader gedragen hebben, neemt overal toe. De kleding van het zangkoor wordt volgens oude patronen nagemaakt. Kappen en hullen worden gewassen en opnieuw geplooid en opgemaakt. Op Wieringen zijn niet veel vrouwen meer die weten hoe dat moet, waardoor deze historische kennis verloren dreigt te gaan.

SONY DSCTulendienst_2013-22

En toch is de kennis onmisbaar, want de leden van folklore verenigingen zoals de “Wieringer Sanghers” willen een japon of een pak om in op te treden. En ze willen er goed uit zien, zodat het meer is dan alleen maar namaak.

????????

Bij het zondagse zwarte pak werd een wit katoenen overhemd gedragen, de boorden werden stijf gesteven met omgeslagen punten.

Dasspelt

 

De das was van zwarte ribzijde, het was een korte, voorgestrikte das waarop een zilveren of gouden dasspeld gedragen werd. Hieraan kon men zien wat het beroep van de man was.

Kap De Wieringer kap stamt uit de 17e eeuw deze werd gemaakt van kant en zijden mul of gaas. Het gaas werd  omstreeks 1975 vervangen door tule omdat gaas nergens meer verkrijgbaar was.

Over het haar werd een zwart ondermutsje gedragen, met daar overheen een wit kanten ondermutsje, vervolgens het zilveren of gouden oorijzer en tenslotte werd de kanten kap geplaatst. Het zetten van de kap op de juiste plaatst en in de juiste stand is niet gemakkelijk. Hulp van een andere vrouw was meestal erg welkom.

Rokken

 

Als eerste de katoenen pijpjesbroek, waarvan de onderkant van de pijpen afgezet was met broderie.
Vervolgens drie onderrokken met daar overheen de rok van het kostuum die van een donkere stof was.

 

Beugeltas

De fraaie zilveren beugeltassen werden handgemaakt en completeerden het kostuum.

In kralentassen werden meestal 28.000 tot 30.000 kralen verwerkt tot kunstige afbeeldingen.
Het kwam ook voor dat deze tasjes geborduurd werden.